fbpx

Trends

Earth Overshoot Day: zo verklein jij je ecologische voetafdruk

Elk jaar stijgt de ecologisch voetafdruk van de wereldbevolking. De grondstoffen en voedingswaren die onze planeet in één jaar tijd terug kan opbrengen zijn als gevolg steeds sneller ‘opgebruikt’. Die dag noemen we Earth Overshoot Day en valt in 2018 op 1 augustus. Ontdek hoe jij je steentje bijdraagt en zo het verschil maakt.

40 jaar geleden viel Earth Overshoot Day nog op 29 december. Toen restten er slechts 2 dagen nadat de mens de natuurlijke bronnen voor een jaar had verbruikt. In 2008 was dat op 26 augustus en dit jaar al op 1 augustus. Na 7 maanden is de gebruikelijke capaciteit van de aarde op, de resterende 5 maanden plegen we dus roofbouw.

Slechte score voor België

Om de huidige wereldwijde consumptie op te vangen, hebben we 1,7 keer de aarde nodig. Als iedereen de levensstijl van een doorsnee Amerikaan zou hebben, stijgt dat aantal zelfs naar 5. Zuid-Korea bungelt helemaal achterop wat draagkracht per land betreft: om het verbruik van zijn inwoners bij te houden, zou het land 8,5 keer zijn grondstoffen en oppervlakte nodig hebben. Japan is de tweede slechtste leerling van de klas, Italië de derde.

Maar ook België scoort erbarmelijk: als de volledige wereldbevolking er onze gewoontes op nahoudt, valt Earth Overshoot Day al op 2 april. Slechts 12 landen doen het slechter. Vietnam staat met 21 december op de eerste plaats. Wie benieuwd is naar zijn persoonlijke Earth Overshoot Day, kan die zelf berekenen.

#MoveTheDate

Zorgwekkende cijfers, dus is het hoog tijd voor verandering. De internationale organisatie ‘The Global Footprint Network’ neemt daarin het voortouw en lanceert elk jaar een campagne om Earth Overshoot Day de nodige aandacht te geven en zo de datum terug te dringen.

Onder het motto ‘#MoveTheDate’ spoort de vzw iedereen aan om zijn ecologische voetafdruk te verkleinen. Daarvoor focust het op verschillende initiatieven: van carpoolen tot ecologisch stadsbeleid. Ook deze 5 maatregelen staan in de spotlight:

  1. Reis eco-vriendelijk

Kies voor kleine hotels die nauw samenwerken met de plaatselijke bevolking en uitgerust zijn met duurzame energiebronnen. Op die manier verklein je de ecologische voetafdruk van je verblijf met 48%. Door bovendien een klassieke huurwagen links te laten staan en voor een elektrisch voertuig of zelfs de fiets te kiezen, maak jij het verschil.

Koop daarnaast lokaal voedsel dat in de regio groeit. Voor elke maaltijd dat je dit principe toepast, daalt je ecologische voetprint met 5%. Bovendien plukt de lokale gemeenschap er de vruchten van, en help je de natuurlijke en culturele rijkdom in stand te houden.

  1. Eet minder vlees

Je hebt 14 keer meer landbouwoppervlakte nodig om 1 ton rundsvlees te produceren dan 1 ton graan. Bovendien is de globale veestapel verantwoordelijk voor 9% van alle menselijke uitstoot. Kortom: minder of zelfs helemaal geen vlees eten doet je ecologische voetafdruk pijlsnel dalen.

  1. Word voor 24 uur een afvalverzamelaar

Benieuwd hoeveel afval we werkelijk achterlaten? Je kan het zelf ontdekken! Neem 24 uur lang een (herbruikbare) zak mee en verzamel het afval dat je normaal in de vuilnisbak zou gooien. Wedden dat je versteld staat van de hoeveelheid? Sorteer op het einde van de dag alles wat je bijeen gespaard hebt en post een foto op sociale media. Zo confronteer je je volgers met het steeds groter wordende afvalprobleem.

  1. Creëer je eigen capsulecollectie

Een overvolle kleerkast waarvan je slechts een kwart echt vaak draagt. Het klinkt waarschijnlijk bekend in de oren. Maak daarom werk van een capsulecollectie: de ideale garderobe die uit maximaal 37 stukken bestaat en alles bevat wat je nodig hebt.

Daarbinnen bepaal je zelf de regels. Je kan bijvoorbeeld kiezen voor 10 paar schoenen, 9 rokken of broeken, 15 bovenstukken en 3 jassen. Draag je bijna altijd dezelfde schoenen, dan telt je capsulecollectie wat extra jassen of broeken. Voor elk basisstuk dat je extra aan je capsule toevoegt, verdwijnt er eentje in de plaats. Daardoor koop je enkel wat je écht nodig hebt. De kleren die overblijven, schenk je aan het goede doel of verkoop je online.

  1. Ga het gesprek over Earth Overshoot Day aan

Uit studies blijkt dat spreken over de ecologische uitdagingen waarmee we geconfronteerd worden, kan helpen om anderen over de streep trekken om zelf in actie te komen. Ga daarom naar aanleiding van Earth Overshoot Day het gesprek aan met een vriend(in), familielid of collega. Kan je wat hulp gebruiken? In het filmpje ‘The Secret to Talking About Climate Change’ ontdek je de beste aanpak. Aan de basis van de video ligt namelijk een onderzoek naar de psychosociale aspecten van communicatie over de klimaatverandering.

Draag mee je steentje bij

Wat doe jij om je ecologische voetafdruk te verkleinen? Neem er een foto van, deel hem op sociale media onder de hashtag #MoveTheDate en maak mee het verschil. Wil je nog meer inspiratie, ontdek dan onze eenvoudige tips om de aarde proper te houden.

Eenvoudige tips om onze planeet proper te houden

De ‘plastic soep’ is een gigantische drijvende vuilnisbelt in de Stille Oceaan, waar al ons afval door stromingen samenkomt. Die vervuiling is nefast voor al het leven op aarde. Het Ocean Cleanup-project en andere initiatieven komen met inventieve ideeën om de plastic soep op te ruimen. Dat is mooi, maar werkt niet zolang we met z’n allen de berg groter maken. Aan dit tempo komt er jaarlijks 8 ton afval bij.

Wat minder geweten is, is dat we ook risico lopen om een ‘plastic’ soep’ te brouwen in onze bodem. Hoe dat in zijn werk gaat? Onverkocht verpakt voedsel wordt afgevoerd naar vergistingsinstallaties. Om daar biogas te maken uit organisch afval wordt de verpakking grotendeels door machines verwijderd, maar kleine micro-plasticdeeltjes blijven achter en komen in het compost terecht. Dat compost komt dan terecht op velden en in tuinen als bodemverbeteraar. De niet-afbreekbare micro-plasticdeeltjes stapelen zich op termijn op in de bodem en maken hem onvruchtbaar.

Samen kunnen we de groei van de plastic soep in zee en aan land een halt toeroepen. En dat kan door eenvoudige aanpassingen in onze dagelijkse bezigheden.

 

Stop verspilling

Een broodnodige verandering is het bannen van plastic zakjes voor éénmalig gebruik. Ze zijn niet biologisch afbreekbaar en we gooien ze massaal weg. Deze enorme verspilling is al gedeeltelijk aan banden gelegd, maar nog niet voor groenten- & fruitzakjes in de supermarkt. Wist je dat de gemiddelde levensduur van zo’n zakje amper 30 minuten is (tussen afscheuren van de rol in de supermarkt en stukscheuren in jouw keuken)? Er zijn nochtans volledig afbreekbare alternatieven, gemaakt uit hernieuwbare grondstof. Ze zijn steviger dan plastic zakjes, waardoor je ze kan hergebruiken, bijvoorbeeld om in je keuken gft-afval te verzamelen in de VentiMax® bakjes.

Ruim 1 miljoen Belgen hebben een hond. De meeste dierenvrienden gebruiken plastic zakjes om hondenpoep op te ruimen. Laat je je viervoeter een paar keer per dag uit, tel dan maar eens op hoeveel plastic je hierbij weggooit. Gelukkig zijn er ook biodegradeerbare zakjes uit hernieuwbare materialen, die volledig afbreken.

 

Koop verstandig

Je wekelijkse aankopen in de supermarkt maken het verschil. Vermijd producten die overmatig verpakt zijn, zoals afzonderlijk verpakte koekjes. Koop je groenten en fruit los, niet voorverpakt. Via de streepjescode kan je achterhalen of een product microplastics bevat, met de app van Beat the Micro Bead. Vooral bij cosmetica, tandpasta en shampoo kan die zijn nut bewijzen.

Ecologisch tuinieren

Ook in je tuin kan je overschakelen op milieuvriendelijke alternatieven. Heb je een moestuin, dan kan je met mulchfolie de groei van onkruid tegengaan. Met een BioGarden® folie uit plantaardige oliën en maïszetmeel, vermijd je het gebruik van giftige herbiciden of van een grote lap plastic die uiteindelijk bij het afval terecht komt. De folie vergaat als vanzelf in de grond. Je kan die op het eind van het seizoen gewoon in je moestuin onderspitten.

Met deze eenvoudige tips kunnen we samen de groei van de plastic soep afremmen en onze oceanen en bodem schoner maken. En daar hebben we uiteindelijk allemaal baat bij.

Plastic zakjes in de supermarkt: wat met groenten en fruit?

Jaarlijks worden wereldwijd zo’n 311 miljoen ton plastic zakjes geproduceerd. Daarvan wordt de helft slechts eenmaal gebruikt om daarna onverbiddelijk bij het afval te belanden. Die afvalberg kunnen we verkleinen door het gebruik van plastic zakjes in supermarkten af te bouwen. De wetgeving zorgt ervoor dat we nu al geen gratis wegwerpzakken meer krijgen aan de kassa. Maar wat de flinterdunne plastic zakjes voor groenten en fruit betreft, is er nog een lange weg te gaan.

Sinds in 2004 het gebruik van plastic wegwerpzakken aan de kassa ontmoedigd wordt, hebben we in Vlaanderen al 4.560 ton plastic uitgespaard. In Wallonië zijn ook plastic zakjes in de versafdeling intussen verboden. In Vlaanderen geldt nog geen algemeen verbod, maar een zevental supermarktketens gaan in 2017 wel experimenteren met alternatieven. We zetten enkele opties op een rij.

 

  1. Betalende zakjes

Een eerste oplossing is om klanten te laten betalen voor de groenten- en fruitzakjes, zoals voor plastic zakken aan de kassa. Klanten willen geld uitsparen, en kopen minder zakken aan. Ze nemen vaker een herbruikbare zak mee of verpakken hun aankopen simpelweg niet. De vraag is of dit effect ook opgaat voor de dunne fruitzakjes in de versafdeling. Tegenstanders poneren dat er geen alternatief is om fruit en groenten hygiënisch te verpakken en willen de zakjes dus gratis beschikbaar houden.

  1. Stevige zakjes

Vrijwel alle supermarkten bieden aan de kassa stevige zakken aan, maar je kan wel nog steeds kiezen voor een wegwerpexemplaar. Steeds meer wordt geijverd voor een volledig verbod op plastic wegwerptasjes. Zo dringt Delhaize de productie van dunne kassazakken nu al terug. Ook in de versafdeling enkel stevige zakken aanbieden verkleint de afvalberg verder. Het achterliggende idee is dat klanten de groentenzakjes kunnen hergebruiken, en er dus minder geproduceerd – en minder weggegooid worden. Helaas vergeten we onze herbruikbare zakken vaak mee te nemen naar de winkel, en puilen onze kasten uit met zakjes die we amper gebruiken. En: het blijft plastic. Gooi je de zakjes toch weg, dan belast je opnieuw het milieu

  1. Papieren zakjes

Papier lijkt vanuit ecologisch standpunt een goed alternatief voor plastic. Verrassend genoeg is dat niet steeds het geval: papieren zakken zijn zwaarder en nemen meer plaats in, waardoor het transport een veel grotere milieukost heeft dan plastic. Bovendien scheuren ze makkelijker dan plastic en kunnen ze dus moeilijk hergebruikt worden. Een niet onbelangrijk detail: aan de kassa moeten papieren zakjes telkens geopend worden om te zien wat erin zit. Dit zou voor de supermarkten jaarlijks tot 3,8 miljoen euro extra personeelskosten meebrengen.

  1. Compost Bag

Een vierde optie zijn biologisch afbreekbare zakjes. Ze bieden de voordelen van plastic zakjes (licht en makkelijk transporteerbaar), maar belasten het milieu veel minder. CompostBags® zijn waterdampdoorlatend, waardoor de groenten en fruit beter bewaren in de koelkast. Bovendien zijn ze steviger dan de gratis zakjes die nu gebruikt worden. Je kan ze dus opnieuw meenemen naar de supermarkt, of hergebruiken in de VentiMax® emmertjes, om gft-afval in de keuken te verzamelen. Zo moet je daar geen extra zakjes voor aankopen. Goed voor het milieu, én voor je portemonnee.

Stop de groei van de plastic soep

Donderdag 8 juni was wereldoceanendag: het uitgelezen moment om de vervuiling door plastic aan te kaarten en aan de alarmbel te trekken. Door bewuster om te gaan met afval en te kiezen voor bio-afbreekbare materialen, kunnen we de akelige evolutie van de plastic soep een halt toeroepen.

De oceaan houdt ons in leven

72% van de oppervlakte van onze planeet wordt ingenomen door oceanen. Ze vormen de belangrijkste voedingsbron voor meer dan de helft van de wereldbevolking, en zijn onze voornaamste leverancier van zuurstof. Maar het gaat niet goed met onze grote waterplassen. Steeds meer vervuilen we onze oceanen met plastic, en hypothekeren we zo onze toekomst en die van de planeet.

De ‘plastic soep’ is een gebied in de Stille Oceaan waar afval door stromingen samenkomt in één grote drijvende vuilnisbelt. Die is groter dan Nederland en bevat meer dan 100 miljoen ton troep. De soep is nefast voor de gezondheid van al het leven in zee én op land, en groeit helaas elke dag aan.

Waar komt al dat afval vandaan?

Bijna één vierde van al het vuil in zee is plastic. Het grootste deel ervan is afkomstig van het land en komt via kanalen, rivieren en havens in zee terecht.

We produceren gigantisch veel plastic – zo’n 311 miljoen ton per jaar – en de productie ervan stijgt jaarlijks met 8%. Ongeveer de helft van die berg wordt slechts eenmaal gebruikt en nadien meteen weggegooid. Denk maar aan plastic zakjes: wereldwijd gebruiken we er een biljoen per jaar, maar ze worden na gemiddeld 30 minuten bij het afval gegooid. Daarnaast bevatten veel cosmetica microplastics, die via de douche of lavabo naar zee vloeien.

Tal van problemen voor mens en dier

Traditioneel plastic is niet biologisch afbreekbaar. Eens het in de oceaan terechtkomt, valt het door het zout en de invloed van licht en stromingen uiteen in hele kleine deeltjes. Vissen aanzien die voor plankton en eten ze op. Bovendien trekt plastic heel wat gifstoffen aan, als een spons. Hoe langer de brokjes in het water liggen, hoe giftiger ze worden. Het vervuilde plastic komt via zeedieren onvermijdelijk in de voedselketen terecht, tot we het uiteindelijk zelf verorberen.

Maar ook grotere stukken plastic zorgen voor problemen: vogels en vissen stikken erin. In één decennium is het aantal dieren dat stierf door verstikking met 40% gestegen. Winkeltasjes die in zee rondzweven, worden door schildpadden verward met kwallen en opgegeten. Andere zeedieren liften mee met plastic afval en komen zo in ecosystemen terecht waar ze niet thuishoren. Ze beïnvloeden hun nieuwe omgeving op een nadelige manier door er met inheemse soorten te concurreren voor voedsel en plaats of door virussen mee te brengen.

Plastic is bovendien erg moeilijk op te ruimen: kleine en grotere stukjes drijven, zinken en zweven in het water of spoelen aan, zelfs op de meest afgelegen en ongerepte stranden. Wanneer microplastics zinken, tasten ze het bodemmilieu aan. Het duurt vele decennia tot nieuwe aardlagen de aangetaste bodem afdekken.

We hebben er allemaal belang bij de groei van de plastic soep te stoppen. Zo houden we onze oceanen proper, en stellen we onze toekomst – en die van alle leven op aarde – veilig. Dat kan al door eenvoudige aanpassingen in onze dagelijkse bezigheden.

7 tips voor een insectenvrije keuken

De zomer brengt warme en lange dagen, maar ook vervelende insecten. Nog voor je ‘Drosophila Melanogaster’ kan zeggen, is je hele keuken ermee overspoeld: fruitvliegjes. Ook gewone vliegen en mieren vertoeven graag in je woning. Hoe je een plaag vermijdt en op welke manier je van de beestjes af kan raken, ontdek je hieronder.

Je keuken is voor insecten een waar paradijs: ze vinden er fruit, alcohol en etensresten. Hygiëne is sowieso een eerste stap om ongedierte tegen te gaan. Maar al doe je nog zo je best, niemand blijft volledig gespaard van insecten in huis. Met deze zeven tips ben je er in no-time van verlost.

  1. Geur-tactiek

Veel insecten, zoals mieren en vliegen, houden van zoete geuren. Ze komen af op fruit en honing en laten geursporen achter voor hun kompanen. Door slim gebruik te maken van specifieke aroma’s, kan je de insecten weghouden: leg bijvoorbeeld een teentje look tussen je fruit, of plaats basilicum– en lavendelplantjes in je keuken. Ook je afwasmiddel kan een rol spelen: gebruik je een fris geurend product, bijvoorbeeld met eucalyptus, dan jaag je in een klap de beestjes weg.

  1. Mieren aan de drank

Deze zespotigen komen nooit alleen. Zie je één mier kruipen, dan kan je zeker zijn dat de kolonie volgt. Eigenlijk doen ze niemand kwaad, maar echt gezellig is het toch niet. Een ouderwets trucje is om een schoteltje te vullen met bier en suiker. De mieren komen erop af en smullen er gretig van, maar overleven het goedje niet. Een diervriendelijker optie is kaneel te leggen langs de wandelpaden van de kolonie. Dit zorgt ervoor dat de mieren verdwalen en andere oorden opzoeken.

  1. Vallen voor fruitvliegjes

Heb je last van fruitvliegjes, dan is een val opzetten een goed idee. Er zijn tal van manieren waarop je zelf een val kan maken met eenvoudige en goedkope huishoudproducten. Leg bijvoorbeeld een stuk fruit in een glas, en zet daarin een koffiefilter waarin je onderaan een opening hebt gemaakt. De vliegjes kunnen in het glas, maar raken er niet meer uit. Of span een stuk plastiekfolie met kleine gaatjes over een glas witte wijn. Binnen de kortste keren zit je glas vol gevangen insecten.

  1. Survival of the fittest

Als je geen zin hebt in een huis vol insectenvallen, kan je ook de natuur haar werk laten doen. Of beter: een handje helpen. Haal een vleesetende plant in huis en je insecten verdwijnen als sneeuw voor de zon. Een Venusvliegenvanger bijvoorbeeld, smult van elk beestje dat op haar bladeren landt. De Bekerplant vangt insecten door ze te lokken met nectar. Vleesetende planten vind je in grotere tuincentra. Extra pluspunt: met hun felle kleuren fleuren ze je keuken helemaal op.

  1. Donker en fris

Veel insecten houden van warmte en licht – geen wonder dat ze het zo fijn vinden in je keuken. Koude, donkere ruimtes zijn veel minder aantrekkelijk. Zet twee tegenoverliggende ramen even open. De verfrissing en luchtcirculatie schrikt insecten af. Of probeer je fruitschaal in het donker te plaatsen. Kunnen de beestjes er nog steeds niet afblijven, zet dan een ventilator naast de schaal. Zo kunnen de insecten niet landen op je appels en peren, en valt er voor hen weinig te beleven.

  1. Hygiëne, hygiëne, hygiëne

Het spreekt voor zich dat achtergebleven etensresten of rot fruit de deur wagewijd openzetten voor een insectenplaag. Bewaar al je etenswaren in afgesloten dozen en zo veel mogelijk in de koelkast. Maak ook regelmatig de filters uit je dampkap schoon of vervang ze. Verwelkte bloemen laat je best niet te lang staan, ook die trekken een arsenaal aan beestjes aan.

  1. Composteer slim

Groenten- en fruitafval werkt vaak als een magneet op insecten. Met VentiMax® ben je ze te slim af. Het geventileerd emmertje, in combinatie met composteerbare, waterdoorlatende CompostBags®, zorgt ervoor dat je organisch afval lichtjes uitdroogt. Daardoor wordt het rottingsproces afgeremd en komen er merkbaar minder geurtjes vrij; geurtjes die insecten aantrekken. Eens je emmertje vol is, haal je simpelweg de zak uit je VentiMax®, gooi je hem dichtgeknoopt in je GFT-container of compostvat, en begin je opieuw. Handig en hygiënisch. Je bent verlost van schimmels en vieze geurtjes, hebt merkbaar minder insecten in je huis, én het is goed voor het milieu.

3 eco-friendly manieren om onkruid te bestrijden

Zelf je groenten kweken en oogsten is helemaal hot. Mensen gaan steeds bewuster om met eten, en met een moestuin heb je alles zelf in de hand: van zaadje tot op je bord. Maar een oud zeer voor elke teler is onkruid. Het komt tevoorschijn uit het niets, en je lijkt het nooit helemaal te kunnen uitroeien. Ontdek hieronder 3 ecologische manieren om van de boosdoeners af te raken.

Onkruid concurreert met je andere planten om licht, water, ruimte en voedingsstoffen. Groeit het tussen je spinazie of wortelen, dan heb je waarschijnlijk minder oogst. Onkruid zorgt er ook voor dat je andere planten langer vochtig blijven, waardoor ze sneller schimmelziekten krijgen. Om nog maar te zwijgen van de vele plagen die de ongewenste gewassen overdragen.

Moeten we dan met z’n allen massaal aan het sproeien gaan? Liever niet. Old-school herbiciden vernietigen vaak niet alleen het onkruid, ze doden ook andere organismen die nuttig zijn voor het de groei van je groenten. Bovendien zijn ze vaak niet goed afbreekbaar en blijven ze in de bodem achter, waardoor ze uiteindelijk opnieuw in de voedselketen terechtkomen. De zwaarste producten worden steeds minder gebruikt, maar zelfs lichtere herbiciden vormen een risico voor het milieu en de volksgezondheid.

Gelukkig zijn er voldoende milieuvriendelijke alternatieven. Experimenteer met deze 3 technieken, en je bent binnen de kortste keren van je onkruid verlost.

 

  1. Ecologisch besproeien

Tegenwoordig zijn er heel wat producten op de markt waarmee je je moestuin kan besproeien zonder het milieu schade te berokkenen. Met handige sprays behandel je vlot grote oppervlakten. In tegenstelling tot chemische herbiciden, die vaak via de bodem door de plant worden opgenomen, werken biologische sproeistoffen door contact met het onkruid. Besproei dus enkel de bladeren of bloemen van de indringers, en niet de bodem of omringende gewassen. Let op: experimenteer niet met zelfgemaakte middeltjes. Azijn, zout en javel pakken onkruid erg aggressief aan, maar zijn ook nefast voor het milieu.

  1. Thermisch bestrijden

Met een gasbrander of elektrische brander kan je onkruid verbranden. Door de planten enkele seconden te verhitten, barsten de cellen open en drogen ze uit, waarna ze langzaam afsterven. Het is belangrijk dat je nauwkeurig te werk gaat, je wil je sla en tomaten immers niet mee flamberen. Thermisch bestrijden gaat sneller en is minder arbeidsintentief dan alles met de hand uittrekken – en het is beter voor je knieën. Naargelang de hoeveelheid gas of elektriciteit die je verbruikt, kan deze techniek iets duurder uitvallen, maar het gemak en de snelheid maken het zeker het proberen waard.

  1. Mulchen

Een heel praktische én bodendien milieuvriendelijke manier om onkruidgroei te onderdrukken, is mulchen. Na zorgvuldig wieden, leg je een laag van plantenresten, bv. grasmaaisel, rond je planten. Die laag verhindert dan dat nieuw onkruid de kop opsteekt. Je moet de laag wel regelmatig vernieuwen om effectief te zijn.

Heb je geen of onvoldoende grasmaaisel, dan kan je mulchfolie gebruiken. Die mag absoluut geen licht doorlaten, zodat ontkiemend onkruid snel verpietert. Je bereidt je plantbed voor en maakt het vrij van onkruid. Dan spreid je de folie uit en plant je door de folie heen. Snij met een scherp mes een kruisje in de folie waar je wil planten. Om te vermijden dat je aan het einde van het seizoen met een boel afvalfolie blijft zitten, kan je kiezen voor een bio-afbreekbare mulchfolie, zoals de BioGarden®. Let er wel op dat die het OK Bio-degradable SOIL logo draagt. Zo’n folie gaat onder invloed van de weersomstandigheden na verloop van tijd versnipperen. De snippers kan je probleemloos in de grond spitten; na ongeveer 24 maanden is de folie volledig vergaan in de bodem. Geen onkruid, geen afval, geen zorgen.

EU beslissing versterkt composteerbare zakken

EU beslissing voor een duurzame toekomst

De definitieve beslissing van het Europees Parlement, deze 28 april 2015, om het gebruik van dunne plastic zakjes voor éénmalig gebruik sterk te ontmoedigen verstevigt de positie van werkelijk composteerbare zakjes. De EU beslissing is een stap in de goede richting voor het creëren van een duurzamere toekomst.

Zie ook EU Richtlijn 2015/720

Title

Shopping basket

Go to Top